‘A mind like still water’
Dertig jaar geleden schreef Mark Rashid (66) zijn eerste boek, Considering the horse. Het zou zijn leven compleet veranderen. Vele titels volgden. Onlangs verscheen zijn, naar alle waarschijnlijkheid, laatste boek, For the love of the horse. Deels een terugblik op zijn leven en werk met paarden, maar tegelijkertijd een boek dat, opnieuw, vol staat met waardevolle lessen voor een ieder die ze wil horen.
We spreken Mark nadat hij net is hersteld van Covid. Hij is wat moe, maar verheugt zich op een reeks clinics, 6200 (!) mijl verderop, waar hij zal werken met paarden en hun eigenaren. Meer dan veertig jaar is Mark reeds professioneel aan het werk met paarden. Een avontuur dat ooit begon bij Walter, de rancher die veel vaste lezers van Marks boeken zullen herkennen als de ‘oude man’.
“Zijn ranch bevond zich niet ver van de plek waar ik woonde,” vertelt Mark. “Elke zondag, wanneer mijn familie en ik een ritje met de auto maakten, kwamen we erlangs. Op een dag stonden daar ineens een aantal paarden. Op mijn fiets ging ik terug en voerde de paarden over het hek. Ik zal een jaar of tien geweest zijn. Een keer waren ze te ver weg, dus besloot ik over het hek te klimmen. Ineens hoorde ik een stem: “You’re on private property”. Verschrikt draaide ik me om. Daar was Walter. Terwijl hij wegliep en zijn sigaret rookte, zei hij: “Als je wilt gaan, ga maar. Anders, kom maar mee.”
Bepalende jaren bij Walter
“Ik had toentertijd geen idee over paarden,” vervolgt Mark. “Het eerste jaar deed ik niet veel meer dan Walter helpen met de verzorging. Ik zorgde dat de watertanks vol waren, mestte uit en voerde. Gewoon om te leren met paarden te zijn. Natuurlijk keek ik hoe hij te werk ging met paarden. Maar ik had niets om zijn manier van werken mee te vergelijken. Het was niet eens zozeer wat hij deed, als wel hoe het voelde als ik ernaar keek. Het leek me allemaal heel vriendelijk. Dat wil niet zeggen dat hij niet ook streng en kordaat kon zijn wanneer dat nodig was. Maar hij werd nooit boos en verhief nooit zijn stem of zijn arm. Zo was hij ook met mensen, met honden of wat ook. Hij was heel bedachtzaam en nam veel kleine pauzes wanneer hij met paarden bezig was of wanneer ik hem iets vroeg. Destijds snapte ik niet altijd het belang van die stiltes. Later wel. Ik gebruik ze nu ook vaak, bijvoorbeeld als mensen mij tijdens een clinic een vraag stellen en een verstandig antwoord terug verwachten.”
Drie jaar werkte de jonge Mark bij Walter, totdat hij met zijn familie verhuisde naar een plek 15 mijl verderop. Een paar keer ging hij terug. Het drukke verkeer was echter te gevaarlijk voor de jongen op zijn fiets. Maar de lessen die hij leerde van Walter, zouden hem zijn leven lang bijblijven.
Gevoel boven techniek
Jaren later hielp Mark af en toe mensen met hun paarden. Niet eens zozeer omdat hij nou zoveel kennis had, als meer een groot gevoel voor paarden.
Mark: “Ik wist niet precies wat ik bij Walter gezien had. Alleen wat ik gevoeld had. Het was dát wat ik probeerde te zoeken. Naarmate ik meer en meer met paarden ging werken, is dat altijd mijn focus geweest.”
Langzaam maar zeker ontpopte hij zich als een kundig paardenman en gewaardeerde werknemer op diverse ranches. In zijn nieuwe boek vertelt hij onder meer hoe hij een zeer aftandse toeristenranch wist te transformeren tot een bloeiend bedrijf.
Én over de samenwerking met Roulette, een paard met op z’n zachtst gezegd een behoorlijke gebruiksaanwijzing. Niet heel handig, wanneer je onderhevig bent aan tijdsdruk. Zonder het toen te beseffen, zou de ontmoeting met Roulette een van de turning points in Marks leven met paarden betekenen.
“Ik moest afremmen met hem. Rust. Dat was de sleutel. Toen ik eenmaal zo ver was dat ik dat kon en de tijd nam om te luisteren wat hij te zeggen had, zag ik wat hem dwars zat en op welk moment hij gespannen werd (red. dat bleek iets heel kleins, namelijk het moment dat Mark uit gewoonte aan de naad van zijn jeans trok, alvorens op te stijgen). Daarvoor besteedde ik daar geen enkele aandacht aan. Vooral omdat het werk gewoon klaar moest.”
De deur naar wat later de essentie van Marks manier van werken met paarden zou worden was geopend: werken vanuit de place of softness.
Interne en externe zachtheid
“De makkelijkste manier om te beschrijven wat ik daarmee bedoel is aan de hand van een Japanse term, misanokokoro, vertaald als a mind like still water,” aldus Mark.
“Het idee daarachter is dat je vanuit een stille geest de dingen kunt zien voor wat ze écht zijn. Stel, je kijkt naar een meertje, op een windstille ochtend; dan werkt het water als een perfecte spiegel. Op eenzelfde manier zal je geest de dingen reflecteren zoals ze zijn, in plaats van er allerlei verhalen omheen te verzinnen. Op die manier kun je dealen met de realiteit, met de situatie waar je inzit, in plaats van eerst te moeten dealen met het verhaal dat jij, al dan niet beïnvloed door anderen, eromheen verzonnen hebt. Dat is het begin van internal softness. Wanneer je in staat bent die interne zachtheid te vertalen in externe, dus lichamelijke, zachtheid, hoef je niet meer bang te worden van de realiteit. Dus hoef je ook niet groot of luid te zijn wanneer je met een paard werkt. Zelfs wanneer je een keer kordaat of stevig moet zijn, kun je nog steeds zacht zijn, zonder heel emotioneel te worden – terugkijkend is dát wat ik Walter zag doen.”
Het klinkt vanzelfsprekend. Verrassend eenvoudig zelfs. Het probleem is dat de manier waarop we ons in ons dagelijks leven gedragen vaak slecht te rijmen is met dat wat we zoeken bij onze paarden.
Mark: “Veel mensen proberen aardig en bedachtzaam te zijn in relatie tot paarden, maar hun dagelijks leven is een rommeltje, vol angst, boosheid en stress. Ze leven twee verschillende levens. Maar als je goed en aardig wilt zijn met paarden, moet je áltijd zo zijn.”
Paardenbrein versus mensenbrein
Een van de treurige gevolgen is het ontstaan van miscommunicatie tussen mensen en hun paarden. Het paard ontwikkelt daardoor probleemgedrag en wordt ten onrechte bestempeld als respectloos. Iets waar Mark zich sterk tegen afzet.
“Paarden begrijpen dat concept niet. Simpelweg omdat ze de hersencapaciteit niet hebben om dat te kunnen. Paarden denken heel zwart/wit. Het paard doet wat hem geleerd is, wat hij denkt dat hij moet doen. Als je het op die manier bekijkt, dus dat het paard gelooft dat het doet wat er van hem verwacht wordt, is dat juist zeer respectvol van hem! Het enige wat er gebeurt door een paard te bestempelen als disrespectvol is dat je iemand toestemming geeft om vijandig te zijn tegen dat paard. Zie het liever als een misverstand tussen mens en paard. Dan is de oplossing heel simpel: leer ‘m ander gedrag.”
Helaas zijn velen van ons onwetend over het feit dat de hersenen van een paard heel anders functioneren dan die van ons. Ook veel vooraanstaande paardentrainers.
Zijn leven lang zocht Mark tevergeefs naar gelijkgestemden. Mensen die werkten en dachten op een manier die wél aansloot bij hoe hij dat deed. Hij zag en vond een hoop. Maar niet wat hij zocht.
“Ik zag mensen een paard bewust in het parasympatisch zenuwstelsel jagen. Terwijl als ze veel eerder gestopt waren, het paard in zijn sympatisch zenuwstelsel gebleven was. Daar waar het kan leren! Waarom? Misschien omdat het er spectaculair uitziet? Yóu look pretty good, wanneer een paard rondrent, zweet, stof opwerpt.. en dan ineens, wanneer je een paar dingen doet, rustig en volgzaam wordt. Maar wat ze niet begrijpen is dat je het paard veel eerder zich beter kan laten voelen, zónder dat allemaal te doen.”
Menselijkheid
Zijn leermeester vond Mark uiteindelijk in Hiroshi Ikeda Sensei, grootmeester in aikido, een Japanse krijgkunst.
Mark: “Wat hij zegt, matcht met wat hij doet en hoe hij leeft. Wat ik veel paardentrainers destijds hoorde zeggen, matchte niet met wat ze lieten zien. Dat voelde niet goed.”
Mark omschrijft wat hij bij Sensei – en als klein ventje bij Walter – vond als menselijkheid.
“They’re living what they’re teaching”. Sensei is binnen de dojo niet anders dan daarbuiten. Er zit een alles bepalende kindness, vriendelijkheid, in alles wat hij doet. Ik geloof dat we in de kern allemaal een vredelievend bestaan willen leiden en het goede willen doen in de wereld. Maar naarmate we ouder worden en overtuigingen en meningen ontwikkelen, raken we steeds verder verwijderd van wie we écht zijn. De leegte in onszelf groeit. Ons ego wordt steeds groter en we doen steeds meer ons best om ook de wereld daarvan te overtuigen. Door een stille geest te ontwikkelen, kun je de dingen weer in het juiste perspectief leren zien.”
Om dit inzicht te vertalen naar de paardenwereld, ontwikkelde Mark aibado, een afgeleide van aikido.
“Aibado focust op de interne aspecten van zachtheid en het leren ontwikkelen van controle over jezelf,” legt hij uit. “Dat kun je vervolgens inzetten bij onverwachte situaties. Vaak werk ik ’s ochtends met mijn leerlingen in de dojo en ‘s middags brengen we het geleerde in de praktijk, met paarden.”
Maar innerlijke zachtheid en controle over je emoties.. Kun je dat wel leren? Marks antwoord is even kort als krachtig.
“Ja! Iedereen heeft dit in zich. Je bent ermee geboren. Het is er. Maar omdat we het niet gebruiken en niet oefenen, zijn we er niet goed in.”
Voor de liefde van het paard
Vele volgers over de hele wereld zijn hem dankbaar, voor zijn kennis, kunde en inzichten. Mark daarentegen ziet zichzelf niet graag als de held van dit verhaal. Liever bedankt hij de paarden.
“Ik heb heel erg geluk gehad dat paarden een onderdeel zijn geworden van mijn leven. Zij hebben mijn leven veranderd. Zonder hen zou ik waarschijnlijk nog steeds aan het zoeken zijn naar iets waarvan ik wilde dat het me het gevoel in het leven zou geven wat ik nu heb. Maar het moet niet over mij gaan. Ik doe alleen maar wat ik kan doen. Als wat ik doe voor jou werkt, dan is dat mooi. Als dat niet zo is, is dat ook ok. Als ik ga pushen, gaat het alsnog over mij. ”
Een van de hoofdmoten van Marks werk was en is het geven van clinics. Nog altijd geeft hij ze met veel plezier, al begint het reizen hem wel op te breken. Daarnaast is er natuurlijk de reeks boeken die hij achter zijn naam heeft. Met For the love of the horse is de cirkel rond.
“Ik heb nu alles wel gezegd wat ik wilde zeggen. Meer boeken zal ik waarschijnlijk niet schrijven. Er zijn anderen die het stokje kunnen overnemen.”
Het geeft hem de ruimte om zich toe te leggen op zijn andere passies: muziek maken, gitaren bouwen én het schrijven van filmscripts.
“Intussen heb ik gehoord dat een producer in Hollywood geïnteresseerd is in een van mijn nieuwe filmscripts. Een drama comedy. Nee, er zal geen enkel paard inzitten. Wél muziek.”
Al met al genoeg reden om trots te zijn. Maar trots staat haaks staat op Marks bescheiden persoonlijkheid. En die van Walter, de man waar het allemaal begon.
“Mensen vragen me vaak wat hij zou vinden van wat ik allemaal doe,” zegt Mark. “Walter was een eenvoudig en ingetogen man. Ik denk dat hij mijn werk met paarden goed zou vinden. Maar of hij ook zo te spreken zou zijn over mijn boeken, clinics en al het andere.. Dat weet ik niet.”
Even lijkt hij zich bijna te verontschuldigen. “Dat was ook niet mijn doel. Mijn doel was om met paarden op ranches te werken. Alles daarna gebeurde omdat mensen me vroegen het te doen. Ik weet niet eens of ik Considering the horse wel had geschreven als ik destijds niet zo arm was geweest. Ik had gewoon geld nodig. Wat ik Walter nog zou willen vragen? How are you. I would just ask him how he is doing.”
[Mark over zijn nieuwe boek, ‘For the love of the horse’ (´Uit liefde voor het paard´) “Wat For the love of the horse je brengt, is aan jou. Ik heb het geschreven voor een ieder die het nodig heeft. Ik realiseer me dat mijn manier van denken, zijn en doen niet aan iedereen besteed is. Maar wellicht zijn er een paar mensen die kwijt zijn geraakt wie ze nou eigenlijk écht zijn en die op zoek zijn naar iets dat hen terug kan brengen op het pad dat ze zouden moeten belopen. Misschien dat mijn boek resoneert met wat zij zoeken en hen kan helpen. Dat zou fantastisch zijn. Ik hoop dat het hen kindness brengt. Dat is de voornaamste boodschap: be kind.”]