Als puber was ik een typisch pennymeisje. De hele zomervakantie bracht ik door op de manege. Samen met mijn paardenvriendinnetje van toen droomde ik over een toekomst met een eigen pony.
Het is tijdens zo’n zomervakantie geweest dat er een, als ik het me goed herinner, zestal nieuwe pony’s op de manege arriveerden. Geïmporteerd uit Roemenië en afkomstig uit een half wilde kudde.
Maar bovenal waren ze zichzelf.
Vooral die ene..
In mijn ogen was hij verreweg de mooiste van het stel. Met zijn donkerbruine vacht, zwarte manen en staart was hij een kleine uitvoering van Libero H, wijlen de springkampioen van Jos Lansink en een van mijn jeugdidolen.
Behalve zijn kleur, had de kleine donkere nog een overeenkomst met Libero: zijn vechtlust.
Ik vrees dat die hem uiteindelijk, lijflijk, de kop gekost heeft..
De pony’s moesten in één zomer klaargestoomd worden voor het manegewerk. Ook ik en mijn vriendin werden daarvoor gevraagd. Maar ik zag het niet zitten en bedankte voor de eer. Bovendien realiseerde ik me dat het gevaar op de loer lag dat ik me zou hechten en hoezeer het me zou raken wanneer ik het dier af moest geven aan andere lesklanten..
De meeste Roemenen legden zich, zoals paarden nu eenmaal vaak doen, neer bij hun nieuwe bestaan. Een paar vertrokken na verloop van tijd alsnog, omdat het werk te zwaar bleek voor hun gestel. Maar het zou me niet verbazen als er vandaag de dag nog steeds één of twee staan.
Hij niet.
De laatste dagen moet ik veel aan hem denken.. De kleine vechter.
Hij liet zich niet beleren.. niets wijsmaken. Hij had maar een missie: iedereen die bij hem in de buurt kwam van zich af meppen.
Het hielp niets. De mensen die met hem bezig gingen, sloegen terug. Letterlijk.
Ik, vijftienjarige onzekere puber als ik was, stond erbij en keek ernaar. Voor zolang als ik dat trok tenminste.
Dit was zeker níet de manier. Dat wist ik zeker. Maar hoe dan wel?
Wat, als ik hem nú tegen was gekomen? Met de kennis en ervaring die ik nu heb? Met de paardenbagage van ruim 30 jaar in mijn rugzak??
Wat als..
Wat had ik je graag een nieuwe kans gegeven, jij kleine dappere onbegrepen strijder. Doelloos vechtend tegen de draaiende wieken van de mallemolen die de mensheid heet.
Hoe hij heette?
Don Quichotte.