‘Ik speel niet, ik bén Sophie!’

Crossdresser Sophie vertelt haar persoonlijke verhaal

Sophie Gray heet ze. Een gedistingeerde en vooral zeer zachtaardige dame van 44 lentes jong, die ik eind 2018 leerde kennen op een vrouwenfeest in Delft. En die net als ik van vrouwen houdt. Maar hoe vanzelfsprekend zo’n feestje is voor de meesten van ons; voor Sophie, in het dagelijks leven Jos, vergt het iets meer voorbereiding. En lef..

Terugkijkend op zijn jeugd wist Jos altijd al dat hij ‘anders’ was. “Bij de gymles op de lagere school liepen de meisjes in van die leuke blauwe gympakjes. Ik vroeg me af hoe het zou zijn om een meisje te zijn. Ik wilde dat ook.”

Met de dochters van vrienden speelde de kleine Jos vrijuit prinsesje. “Ik kwam daar zelfs in een jurk beneden. Mijn ouders waren nooit negatief. Ik was altijd al heel divers. Ik speelde thuis met auto’s en bij het buurmeisje met poppen.”

Maar de drang om zich te verkleden als vrouw werd langzaam groter. Als puber durfde Jos het af en toe aan om als meisje de deur uit te gaan. “Dan ging ik een paar straatjes om in het donker, of een rondje fietsen. Met bonkend hart,” herinnert hij zich.

Tot hij verkering kreeg met Jolanda, met wie hij later zou trouwen en nog altijd samen is. “Toen had ik een aantal jaren niet de behoefte om er uitdrukking aan te geven, om me fysiek te verkleden. Het was ‘managable’.”

Taboe

Het spreekwoordelijke bloed echter kroop ook bij Jos waar het niet gaan kon. Het luidde de start in   van een ingewikkeld dubbelleven dat jarenlang zou duren.

Jos: “Ik verkleedde me binnenshuis wanneer er niemand thuis was. De spanning ontdekt te worden was altijd een component. Ook met het bestellen van spulletjes. Timing was heel belangrijk. Dat betekende soms dat ik met de billen bij elkaar geknepen zat te hopen dat het goed ging. Want je wilt niet dat de bezorger met jouw hakken bij de buren aan moet bellen. In de schuur had ik een oude plunjebaal bewaard vanuit mijn diensttijd. Daar zat de hele inventaris in.”

Twee keer besloot Jos radicaal álles weg te gooien en zijn verborgen leven af te zweren. “’Purgen’ heet dat. Ik prakte alles in de container. Ik vond dat ik dat maar moest kunnen. Dat ik sterk moest zijn.”

Tevergeefs. Want de behoefte zich als vrouw te manifesteren bleef. “Het gaf me het gevoel dat ik de wedstrijd verloren had. Ik walgde van mezelf. Maar het gevoel is niet tegen te houden.”

Gaandeweg lukte het Jos steeds beter zichzelf te transformeren tot vrouw. Hij werd er langzaam maar zeker goed in.

“Ik weet nog dat ik mezelf een keer in de spiegel zag en dacht: dit lijkt écht! Dat was een keerpunt. Vanaf dat moment ben ik mezelf als een soort kunstwerkje ‘in progress’ gaan zien en haalde ik er meer voldoening uit. Daardoor werd het in mijn hoofd minder erg dat ik dit deed.”

Desondanks duurde het nog jaren voordat Jos zijn alter ego een naam durfde te geven. “Daarvoor was het taboe nog te groot voor mezelf. Als ik dat zou doen, zou ik toegeven dat ik ‘crossdresser’ was. Door haar geen naam te geven, hield ik haar mentaal op afstand.”

Maar hoe voorzichtig Jos ook te werk ging, uiteindelijk werd hij toch ontmaskerd..

De jurken naast de overhemden

“Mijn zoon wilde graag mijn oude laptop hebben om computerspellen op te spelen. Destijds bewaarde ik daar mijn foto’s van Sophie op. Ik zette alle foto’s op een stickje en verstopte dat. Maar mijn zoon vond alsnog een foto van Sophie op de laptop..”

“Hij ging er eerst mee naar zijn zus,” vervolgt Jos. “En uiteindelijk toch maar mee naar zijn moeder.”

Die twijfelde geen moment en stapte direct op haar man af. Het moment staat in Jos’ geheugen gegrift.

“Het was Paasochtend 2012 en kloteweer. We hadden net besloten dat we niet naar onze caravan zouden gaan. Ik zat op de bank in mijn joggingbroek, Jolanda keek mij aan en vroeg: “Verkleed jij jezelf wel eens als vrouw?” Later zei ze dat ze op dat moment een last van me af zag vallen.”

Hoewel enerzijds een opluchting, zorgde Jos’ coming out ook voor de nodige onrust binnen de relatie.

Jos: “We waren op dat moment 20 jaar bij elkaar. En al die tijd had Jolanda dit niet van mij geweten. Hoewel ik feitelijk nooit tegen haar gelogen had, had ik het uit een primair gevoel van schaamte niet verteld. Dat was moeilijk voor haar.”

Jos weet nog goed hoe hij zijn vrouw kennis liet maken met Sophie. “Ik droeg een witte jurk met zwarte cirkels. Met knikkende knieën ging ik de trap af. Maar Jolan was heel positief. “Je ziet er mooi uit! Een echte vrouw!,” zei ze. Ze was denk ik bang dat Sophie een karikatuur zou zijn.”

In de periode die volgde dacht Jos’ vrouw mee en ging in het begin regelmatig mee naar crossdress-bijeenkomsten. “En die kleding in die plunjezak, dat kon echt niet, vond ze. Twee dagen na mijn coming out had ze al een plank in de kast vrij gemaakt voor mijn kleding en hingen mijn jurken naast mijn overhemden.”                                                   

Sophie speelt geen rol

In de volksmond zou je Sophie een travestiet kunnen noemen. Maar die term gebruikt Jos liever niet.

“Want dat duidt op een schijnvertoning. Ik ben een ‘crossdresser’; ik verkleed me weliswaar als het andere geslacht – en dat mag best een beetje sexy zijn, maar op een serieuze manier en niet als ‘drag’. Interactie met de mensen om me heen is weliswaar nodig om me Sophie te voelen, maar ik wil niet teveel de aandacht op me vestigen.”

“Sophie is beslist géén karikatuur,” benadrukt Jos. “Ze is puur een andere verschijningsvorm van Jos. Ik gebruik geen andere stemmetjes en doe niet overdreven vrouwelijk. Als ik hakken draag, verandert er al genoeg.” Ook qua karakter lijkt Sophie veel op Jos. “We hebben grotendeels dezelfde waarden en normen en voorkeuren. En we houden allebei van vrouwen.”

In Jos’ lijf en leden gaat het crossdressen zelfs nog een stapje verder. “Ik denk dat ik veel meer in de richting van transseksualtiteit zit. Als ik de keuze had gehad, was ik denk ik liever vrouw geweest.”

Toch kiest Jos bewust voor deze manier van leven boven een geslachtsveranderende operatie.

“Ik heb een vrouw, kinderen, een carrière. Het zou heel egoïstisch zijn om daar ‘rücksichtlos’ afscheid van te nemen. Daarmee ontneem ik mijn vrouw haar man, mijn kinderen hun vader en mijn ouders hun zoon. Dat kan ik naar mezelf niet verantwoorden.”

Hij zwijgt even. Dan: “Weet je, ik kan de hardware aanpassen maar ook de software. Ik heb hier nu een ‘modus operandum’ in gevonden. En ik heb het geluk dat mijn fysiek al behoorlijk androgyn is.”

Cabin fever

Zoals zovelen van ons, heeft ook Sophie de vrouwenfeestjes de afgelopen maanden moeten missen. Stiekem is ze daardoor al sinds de winter niet meer op pad geweest. Want even naar de supermarkt is een stuk minder vanzelfsprekend dan het lijkt.

“Het is een hoop werk. Ik ben niet in een kwartiertje Sophie. En ik ga niet twee uur in de make-up zitten voor een pak melk,” zegt hij droog.

Spijtig genoeg heeft Sophie naast een sterke ‘cabin fever’ na een dergelijke lange tijd van afwezigheid ook last van enige plankenkoorts om er weer opuit te gaan. Het kost Jos behoorlijk wat overredingskracht de benodigde mindset weer te verkrijgen.

“De voorbereiding begint altijd in mijn hoofd. Als ik een heel volle dag heb gehad, wordt het niks. Dan komt de twijfel en geeft het me stress.”

Het illustreert hoe het zelfs voor Jos niet altijd even vanzelfsprekend is dat Sophie bestaat. “Ik ben er nog niet. Er is toch nog wel een beetje onzekerheid. In mijn achterhoofd heb ik altijd nog het idee dat ik iets doe dat van de maatschappij niet mag. Maar ik ben van mening dat je nooit moet liegen tegen jezelf, dat je authentiek moet zijn.”

Draagvlak door zichtbaarheid

Jos en Sophie hebben reeds een lange weg achter de rug. Maar er is nog genoeg te winnen. Voor henzelf, maar zeker ook voor gelijkgestemden.

“Crossdressing is enorm onderbelicht. Er schuilt een hele hoop leed achter,” weet Jos. “Mijn ongeluk zat in een gebrek aan eigenwaarde. Maar als jij je authentieke zelf helemaal geaccepteerd hebt, zal niemand daar tegenin gaan. Doe je dit niet, zal de omgeving er kanttekeningen bij plaatsen. Het accepteren van mezelf was voor mij een bevrijding! Ik denk achteraf wel eens: waar heb ik me zo druk over gemaakt?”

Hij klinkt strijdbaar. “Heel veel van hoe wij ons profileren is maatschappelijk gedragen en aangeleerd gedrag. Ik hoop dat er in de toekomst meer inclusievere evenementen zullen zijn waar Sophie heen kan. Op het moment dat je zichtbaar bent, creëer je draagvlak.”

Hij refereert aan een middag in de Parel, een kroeg in de  Amsterdamse Jordaan. “Daar werden destijds een keer in de maand bijeenkomsten georganiseerd, gewoon tussen de stamgasten en de toeristen. Ik had daar een heel leuk gesprek met een vrouw, een toerist. “Verrek! Ben jij er ook één?!,” riep ze ineens. Ze had het totaal niet gezien! En vond dat ik er fantastisch uit zag. Dat gaf me een heel warm bevestigend gevoel. Ik wás daar écht Sophie, die mixte met het gewone leven. Dát is hoe ik het wil, dat is mijn oogmerk.”

Het moment bleek achteraf voor Jos fundamenteel te zijn voor zijn zelfacceptatie. Zodanig zelfs, dat hij de datum vastlegde in de vorm van de geboortedatum van Sophie. 

Laten wij als lesbische en bi-vrouwen Sophie en de haren vooral een meer dan warm welkom heten wanneer we straks weer los mogen op vrouwenfeestjes! Immers: “Sophie houdt ook van vrouwen. Die is lesbisch. Dus Jos ook!”